Jiuzhai Nationaal Park en Xi'an - Reisverslag uit Peking, China van Mennoenjoline - WaarBenJij.nu Jiuzhai Nationaal Park en Xi'an - Reisverslag uit Peking, China van Mennoenjoline - WaarBenJij.nu

Jiuzhai Nationaal Park en Xi'an

Door: Mennoenjoline

Blijf op de hoogte en volg

28 September 2010 | China, Peking

Je komt in Jiuzhaigou maar voor één ding, en dat is het nationaal park Jiuzhai. De weg ernaar toe is wederom prachtig. Enorm steile zeer hoge bergen, rotsachtig, veel bos. Ruim twee uur slingert de weg ertussen door, voor ons de laatste busrit in China, hierna is het alleen nog vliegen. Onderweg blijk ik toch niet de beste plasophouder te zijn, en pak ik op de valreep ook nog het smerigste toiletgebouw mee (letterlijk: een overdekte gierput met schotjes tussen de gaten in de planken). Het dorpje aan de ingang van het nationaal park is niet authentiek, alles is hier gericht op toeristen. De volgende ochtend gaan we op tijd naar het park, en we worden al melig van de grote stoet (chinese) toeristen die voor ons loopt, braaf de souvenirs kopen en zich bij de vlaggetjesdragers verzamelen om het park in te mogen. Wij hebben geen vlaggetjesdrager nodig, maar moeten ook in de bus stappen die door het park rijdt om je af te zetten bij de verschillende mooie punten.
Het park bestaat uit 4 valleien tussen die hele hoge bergen, en erdoorheen stroomt zeer veel water wat voor hele mooie natuur zorgt. Knalblauwe meren, grote watervallen. Gelukkig is er ook veel wandelpad aangelegd, dus we kunnen deels ook te voet van het ene mooie punt naar het volgende mooie punt. De eindhalte van de eerste busroute is bij een bos, waar we maar zo snel mogelijk doorheen gaan, want met zo'n 1000 andere mensen over een houten vlonder schuivelen is niet ons idee van een boswandeling! Maar zodra we van dit punt naar het volgende gaan lopen wordt het veel rustiger en komen we nog maar 20 mensen tegen. Ondanks dat het enorm toeristisch is, is het inderdaad wel een prachtig park. En ze werken er hard aan om het park heel netjes te houden. Nergens ligt troep, overal zijn mensen die erop toezien dat je niet van de paden gaat en je aan de regels houdt. We horen achteraf dat de schoonmakers de doelstelling hebben dat afval maximaal 10 minuten mag blijven liggen. Ondertussen genieten wij van al het moois, het lijkt erop dat de chinezen het park vooral zien als "wat-een-mooie-achtergrond-voor-een-foto-van-mijzelf". We horen dat het een rustige dag is geweest, met zo'n 5000 bezoekers. Normaal zijn er zo'n 15.000 per dag. Door de zeer zware regenval ten noorden van het park zijn er door aardverschuivingen wegen weggevaagd en kunnen er minder mensen komen.
De volgende dag gaan we met Jack, de gids, de vierde vallei in, die alleen bestemd is voor "eco-toerisme" en dus niet voor de massa met de bus. Hier komen zo'n 200 mensen per jaar. Samen met nog een Australische jongen lopen we de vallei door. Onderweg vertelt Jack over het boedhisme en het tibetaanse leven. Want ook in deze regio wonen erg veel tibetanen. We komen door nieuwe en verlaten dorpjes, langs een heilige plek (we moeten onder de gebedsvlaggen door kruipen), wandelen langs de berghellingen, komen langs een knalblauw meer, lunchen op het bruggetje over de rivier, zien een slang en een boommarter. Het is prachtig, en vooral heerlijk rustig, want er zijn inderdaad geen anderen. Jack verteld dat een deel van het toegangskaartje naar de lokale bevolking in het park gaat, als compensatie dat zij niet meer mogen leven van de landbouw en veeteelt en ook geen toeristen mogen laten slapen in hun dorpjes (want het is een nationaal park), wat deels verklaard waarom we bij alle tibetaanse huizen een prachtige auto zien staan. Er komen namelijk zo'n 2,5 miljoen bezoekers per jaar in dit park, en de entree is 25 euro. Jack doet enorm zijn best om ook op de plantjes te letten, ook al zit hij er af en toe naast met de naam. Terug in zijn kantoor krijgt Menno een enorm boek over alle flora en fauna die te vinden is in het park. Want een onwijs aardige man is dit toch ook weer. Omdat er geen vliegtickets meer waren hebben we daarna een dagje "vrij", leuk even een dagje met ons 2-en ;-).

Na een werkelijkwaar achterlijke taxirit (deze man had leren rijden via een racegame op de playstation ofzo) en een prima vlucht komen we in Xi'an aan. Wat een drukte, dit is geen knus dorpje meer. Midden in de "oude stad" stad staat een van de oudste moskeëen van China. Helemaal in de stijl van een Chinese tempel, dus apart om ineens alle mannen met een mutsje op de gebedsruimte in te zien lopen, in plaats van monniken met rode kleden aan. Eromheen allemaal kleine straatjes, onwijs veel stalletjes en nog meer souvenirwinkeltjes. Uit alle landen van Europa lopen de reisgezelschappen rond. Een goede opbouw naar Beijing;-). De dag erna met de bus de stad uit, naar het terracottaleger. Eén van de grootste toeristische attracties van China, en zelfs op deze zeer regenachtige dag (de tweede in 6 maanden!) is het er erg druk. Maar het is ook groot, dus qua beleving valt het mee. Het terracottaleger zelf is enorm. Er zijn 3 hallen die ze over de opgravingen heen hebben gebouwd. Er zijn zo'n 2000 soldaten (op ware grootte) van klei te bewonderen, men vermoedt dat er nog zo'n 4000 onder het zand bedolven zijn, en dat alleen nog maar in de eerste "hal". En dat allemaal om de keizer van destijds "te begeleiden na de dood".
Vooral dankzij deze ene toerische megatrekpleister is Xian een hele groot stad geworden met bijbehorend megavliegveld. En ook in de stad is het druk. Een stuk of 80 buslijnen die op ongeveer dezelfde plek vertrekken, een busstation zonder station zeg maar.... De bus waar wij mee moeten wordt zo'n 100 meter voor de halte belaagd door 100-den mensen die erin willen. En nu komt menno's ski-ervaring goed van pas, want blijkbaar heeft hij als klein jongetjes als beste leren skieën, maar ook leren voordringen bij de lift!!! Dus terwijl ik nog tussen 80 duwende chinezen voor de bus sta, zit Menno al vrolijk vanaf zijn stoeltje in de bus naar mij te zwaaien ;-(
Verder doen we het rustig aan in Xi'an, onze eigen stilte voor de storm zeg maar. Want onze laatste dagen van de 6 maanden zijn aangebroken, en we gaan naar onze laatste stop in China, Beijing. Overigens merk je met de regen weer eens dat we wat langer zijn dan de Chinese mensen: de parapluutjes moeten we uit onze gezichten weren. Net zoals we moeten bukken als we onder een boom in de stad doorlopen, want die snoeien ze ook niet zo hoog af....

  • 28 September 2010 - 06:34

    Aad Z:

    Haha, die arme Jack. Dacht ie even de alwetende te zijn, krijgt ie de meestbelezen, betwetende boswachter from Holland tegenover zich. En dat beeld van n voordringende bos zie ik helemaal voor me. Ach ja, je moet doen waar je goed in bent. Groeten van de Steijn.

  • 29 September 2010 - 07:51

    Wilkin:

    Ellebogen is ook een vak.
    Joline moet nog wat leren. De meiden komen bij jullie logeren in de herfstvakantie.

  • 29 September 2010 - 18:13

    Saskia:

    Toch nog een mooie afsluiter het terracotta leger.
    Mijn broer is nog niets verleerd met voordringen en dat terwijl die chinesen er volgens mij ook heel wat van kunnen.
    Goede reis terug.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: China, Peking

Actief sinds 29 April 2010
Verslag gelezen: 1113
Totaal aantal bezoekers 87975

Voorgaande reizen:

05 April 2010 - 30 September 2010

Weg

Landen bezocht: